Gisteren keek ik naar Eva. Het belichaamde precies waarom ik bijna nooit meer tv kijk. Wat ik zag was geen kritisch gesprek, maar framing. Het gesprek ging over de vrijspraak van Marco Borsato en het besluit van het OM om niet in hoger beroep te gaan.
De hoofdofficier van justitie zat er niet om het juridisch proces toe te lichten, maar als schietschijf. De toon was persoonlijk, de vragen suggestief en aanvallend. Eva bleef herhaaldelijk hameren op vermeende fouten van het OM.
Daarmee werd de aandacht subtiel maar consequent verlegd: niet naar het juridische systeem als geheel, maar naar één uitvoerende partij. Dat voelt misschien kritisch, maar het is een versimpeling die de kern van het probleem buiten beeld houdt.
Wat structureel onderbelicht bleef
Wat nauwelijks werd benoemd: het OM had voldoende aanleiding om te vervolgen. Dat is geen klein detail, dat is een fundamenteel gegeven. Een zaak komt niet zomaar voor de rechter.
In de rechtszaal gebeurde iets anders. Het beschikbare bewijs werd stuk voor stuk juridisch terzijde geschoven. Niet omdat er niets was, maar omdat elk onderdeel afzonderlijk onvoldoende werd geacht. En wanneer dat gebeurt, blijft er juridisch gezien geen steunbewijs meer over. De conclusie luidt dan: vrijspraak.
Dat is geen fout, maar een mechanisme wat in veel misbruikzaken voorkomt.
Turnschandaal 2.0
En precies dát mechanisme is pijnlijk herkenbaar.
Voor mij voelde dit als turnschandaal 2.0. Ook daar was veel bewijs. Verklaringen, patronen, meldingen, dossiers, getuigenissen, handgeschreven dagboeken en onderzoeksrapporten. Niet van één incident, maar van structureel machtsmisbruik. Jarenlang en structureel. En toch volgde vrijspraak.
Niet per se omdat de feiten ongeloofwaardig waren of op inhoud, maar omdat ze juridisch werden ontmanteld.
Het is dezelfde dynamiek:
📍 Er was bewijs
📍 Dat bewijs werd juridisch gefragmenteerd en ontmanteld
📍 Vervolgens werd gezegd: er is geen bewijs
📍 Er volgt vrijspraak
📍 De verantwoordelijkheid verschuift van dader en systeem naar uitvoerende instanties én weer terug naar het slachtoffer
Wat hiermee wordt vermeden
Door deze manier van kijken, wordt de kern steeds opnieuw vermeden:
hoe ons rechtssysteem omgaat met machtsmisbruik, afhankelijkheidsrelaties en bewijs in dit soort zaken. Maar ook de geloofwaardigheid van slachtoffers die zich melden (vaak na jarenlang dit grote geheim met zich meegedragen te hebben) wordt aangetast.
Zeker in zaken waarin misbruik zich afspeelt achter gesloten deuren, zonder onafhankelijke getuigen, over langere tijd en binnen hiërarchische verhoudingen, past het traditionele ‘bewijsdenken’ vaak niet. Toch blijven we doen alsof dat een incidentele fout is, in plaats van een structureel probleem.
En media spelen daarin een grotere rol dan ze vaak willen erkennen.
Framing als afleiding
Dit soort framing oogt kritisch, maar is in werkelijkheid een afleiding van waar het écht over zou moeten gaan. Vrijspraak op juridische gronden betekent niet dat de vermeende dader niets heeft gedaan. Het betekent dat het systeem niet in staat was — of bereid was — om dit type misbruik binnen zijn eigen kaders te beoordelen.
Dat onderscheid wordt te weinig gemaakt. En zolang dat zo blijft, blijven slachtoffers uitleggen wat allang zichtbaar is.
Waar we staan
Dit voorbeeld laat opnieuw zien hoeveel stappen we als maatschappij nog te maken hebben in het begrijpen van de misbruikdynamiek tussen dader, slachtoffer en omstanders. Maar ook in het eerlijk onder ogen zien van hoe ons rechtssysteem werkt — of beter gezegd: waar het tekortschiet in het belang van slachtoffers.
Zolang framing belangrijker blijft dan verdieping, verandert er fundamenteel weinig.
Interview Eva Jinek met hoofdofficier van justitie over Marco Borsato verdeelt kijkers



